De rechtszaak van Dilani Butink tegen de staat moet over. Dat maakte de Hoge Raad vandaag bekend. De Hoge Raad heeft besloten dat een ander gerechtshof de zaak opnieuw moet behandelen om te bepalen wie aansprakelijk gehouden kan worden voor het ontbreken van informatie over de afkomst en achtergrond van Butink.
Dilani Butink werd in 1992 geadopteerd uit Sri Lanka. In 2018 klaagde zij de Staat en het bemiddelingsbureau voor het eerst aan vanwege misstanden bij haar adoptie. De geadopteerde Butink hoopte een schadevergoeding en erkenning af te dwingen tot aan de hoogste rechter.
In juli 2022 oordeelde het Gerechtshof in Den Haag dat de overheid verkeerd heeft gehandeld bij de adoptie van Butink. Het hof vernietigde daarmee een eerdere uitspraak van de rechtbank, die vond dat de overheid niet verantwoordelijk was voor fouten bij de adoptie van Butink.
Maar, in oktober 2023 adviseerde de advocaat-generaal de Hoge Raad om de uitspraak van het Gerechtshof te vernietigen en de rechtszaak over te doen. Dit omdat hij vond dat de bezwaren van de staat en de stichting juist waren. De Hoge Raad vindt ook dat het Gerechtshof in Den Haag de omstandigheden rondom Butinks adoptie niet heeft meegenomen in zijn beslissing, zoals de destijds aangescherpte regels bij adopties uit Sri Lanka.
Vandaag maakte de Hoge Raad bekend dat ze meegaan in het advies van de advocaat-generaal en dat de rechtszaak over moet, zo is te lezen in een artikel van het AD. Het gerechtshof in Amsterdam gaat zich nu over de zaak buigen.